Melkveehouderij
De boer die melkvee houdt is iemand met een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Het verzorgen van vee betekent dat je iedere dag opnieuw alle dieren verzorgt en precies weet wat ze nodig hebben. Daar heb je naast de liefde voor je dieren ook een gedegen opleiding en doorzettingsvermogen voor nodig.


Dagelijks wordt een koe tussen de twee tot vier keer gemolken. Tegelijk ben je als boer een technicus die zelf als monteur aan de slag gaat om apparatuur te repareren dat stuk gaat. Denk daarbij aan tractoren, verschillende boerderijrobots als melkrobots en mestrobots en andere werktuigen die onderhouden moeten worden.
De koe geeft melk zodra ze haar eerste kalfje heeft gekregen na een draagtijd van negen maanden. Tijdens de draagtijd wordt ze meestal gewoon door gemolken op de laatste twee maanden van de draagtijd na. Als de kalfjes zijn geboren is het belangrijk dat ze de speciale melk van hun moeder (biest) drinken. Na een aantal dagen krijgen de kalfjes vervolgens gewone koeienmelk of speciale kunstmelk. Dat is melk samengesteld naar de behoefte van de kalfjes. Een eenjarig kalfje noemt men een pink en een tweejarig kalfje noemt men een vaars.
De eerste koemelk die een kalfje drinkt van de moeder koe noemt men ook wel biest. Biest melk is dikker dan gewone melk en bevat belangrijke afweerstoffen voor het kalfje.
Er valt heel wat culinaire inspiratie te vinden op een boerderij. Friesland Campina weet wel raad met de melk van onze 100 melkkoeien.